Leeftijd: 29 jaar
Voetbalpaspoort: SC Cambuur, Bergum, Alcides, Harkemase Boys, ONS Sneek, Leeuwarder Zwaluwen
Echt logisch was de stap die de 29-jarige Arton Musliu afgelopen zomer zette niet voor de buitenwacht. De vleugelspeler verruilde derdedivisionist ONS Sneek in voor tweedeklasser Zwaluwen. “Ik had wel mogelijkheden om op hoger niveau te spelen maar ik wilde graag een keer samen met mijn broer Jeton voetballen. Ik wilde graag mijn plezier terug want dat had ik volgend jaar niet echt. De keuze was daardoor best gemakkelijk. Ik dacht: waarom niet?”, vertelt hij.
De broers Musliu waren afgelopen seizoen de sterren in de kampioensploeg van Zwaluwen. Jeton scoorde 30 keer, Arton trof 24 maal doel. Gedurende het seizoen lieten meerdere clubs bij Musliu weten interesse te hebben. “Daar ben ik wel verbaasd over. Ik ging toch van de Derde Divisie naar de Tweede Klasse, en dan verwacht je misschien dat je een beetje uit beeld raakt. Misschien komt het door mijn doelpunten. Ik heb niet te klagen dat clubs zich nu alweer melden.”
Musliu, die in Leeuwarden woont, koos afgelopen zomer dus voor een overstap die financieel niet de meest slimme was. “Ik kan niet zeggen welke clubs me hebben benaderd. Mensen weten heus wel dat er geld bij zit. Uiteraard speelt geld een rol. Als je ergens iets kunt verdienen, is dat mooi meegenomen. Maar ik koos nu voor plezier. Als er een keer geen geld bij zit, dan niet. Ik houd van het spelletje. Soms is het moeilijk om zo’n keuze te maken, maar je moet voor jezelf kiezen.”
Na zijn topseizoen bij Zwaluwen weet Musliu niet of hij bij de club blijft. Hij betreurt het feit dat er in Leeuwarden niet op hoog niveau wordt gespeeld. “Dat is jammer. Spelers wisselen ook heel snel van club. Ik heb het er ook over met spelers uit mijn team. Er zitten jongens bij die de potentie hebben om bijvoorbeeld bij Harkema of ONS te spelen, maar je moet het ook zelf willen en afdwingen. Voetballen in de Derde Divisie is heel anders dan spelen in de tweede klasse. Op de training kun je het misschien wel aan, maar in wedstrijden kom je vaak spelers tegen die net van een profclub komen. Dat is hele andere tegenstand.”
Voetbalpaspoort: SC Cambuur, Bergum, Alcides, Harkemase Boys, ONS Sneek, Leeuwarder Zwaluwen
Echt logisch was de stap die de 29-jarige Arton Musliu afgelopen zomer zette niet voor de buitenwacht. De vleugelspeler verruilde derdedivisionist ONS Sneek in voor tweedeklasser Zwaluwen. “Ik had wel mogelijkheden om op hoger niveau te spelen maar ik wilde graag een keer samen met mijn broer Jeton voetballen. Ik wilde graag mijn plezier terug want dat had ik volgend jaar niet echt. De keuze was daardoor best gemakkelijk. Ik dacht: waarom niet?”, vertelt hij.
De broers Musliu waren afgelopen seizoen de sterren in de kampioensploeg van Zwaluwen. Jeton scoorde 30 keer, Arton trof 24 maal doel. Gedurende het seizoen lieten meerdere clubs bij Musliu weten interesse te hebben. “Daar ben ik wel verbaasd over. Ik ging toch van de Derde Divisie naar de Tweede Klasse, en dan verwacht je misschien dat je een beetje uit beeld raakt. Misschien komt het door mijn doelpunten. Ik heb niet te klagen dat clubs zich nu alweer melden.”
Musliu, die in Leeuwarden woont, koos afgelopen zomer dus voor een overstap die financieel niet de meest slimme was. “Ik kan niet zeggen welke clubs me hebben benaderd. Mensen weten heus wel dat er geld bij zit. Uiteraard speelt geld een rol. Als je ergens iets kunt verdienen, is dat mooi meegenomen. Maar ik koos nu voor plezier. Als er een keer geen geld bij zit, dan niet. Ik houd van het spelletje. Soms is het moeilijk om zo’n keuze te maken, maar je moet voor jezelf kiezen.”
Na zijn topseizoen bij Zwaluwen weet Musliu niet of hij bij de club blijft. Hij betreurt het feit dat er in Leeuwarden niet op hoog niveau wordt gespeeld. “Dat is jammer. Spelers wisselen ook heel snel van club. Ik heb het er ook over met spelers uit mijn team. Er zitten jongens bij die de potentie hebben om bijvoorbeeld bij Harkema of ONS te spelen, maar je moet het ook zelf willen en afdwingen. Voetballen in de Derde Divisie is heel anders dan spelen in de tweede klasse. Op de training kun je het misschien wel aan, maar in wedstrijden kom je vaak spelers tegen die net van een profclub komen. Dat is hele andere tegenstand.”